Zij-instromers werven en behouden? Geef ze een zachte landing

20 februari 2025

PON start pilot met een unieke aanpak

Bij Personeelscluster Oost Nederland (PON) weten ze uit ervaring dat er genoeg mensen zijn die graag als zij-instromer in beroep in het basisonderwijs aan de slag willen. Maar hoe komt het dan dat er toch zo’n enorm lerarentekort is?  “Scholen vinden de (financiële) risico’s te groot en zij-instromers in beroep ontberen vaak de broodnodige begeleiding “, vertelt PON directeur bestuurder Fred Ruijling. “Regel je deze zaken wel goed, dan heb je goud in handen”. PON startte een pilot die gebaseerd is op een unieke samenwerking met schoolbesturen en hogescholen.

Het opleiden van een zij-instromer in beroep kost ongeveer € 50.000, waarvan € 25.000 wordt gesubsidieerd. Daarbij komen nog de kosten voor begeleiding van deze onervaren leerkracht en het risico dat de zij-instromer voortijdig afhaakt. Voor scholen zijn dit flinke investeringen en risico’s om slechts één nieuwe leerkracht binnen te halen. Zeker omdat het lerarentekort nog niet in alle regio’s zo gevoeld wordt.

Gezamenlijke aanpak
“PON is een samenwerkingsverband van schoolbesturen in Oost-Nederland, zonder winstoogmerk”, vertelt directeur-bestuurder Fred Ruijling. “Ons voordeel is dat wij het opleiden en klaarstomen van zij-instromers gezamenlijk kunnen aanpakken. Met investeringen en begeleiding vanuit PON en risicospreiding denken wij het (toekomstig) lerarentekort in onze regio daadwerkelijk te kunnen bestrijden. We hebben een unieke methode bedacht die we momenteel in de praktijk testen met een pilot. Het gehele traject wordt gecoördineerd door instroommakelaar Marion van Esch.”

Eén centraal aanmeldpunt
De basis van het plan is één centraal aanmeldpunt voor alle zij-instromers. Meldt een kandidaat zij-instromer zich bij een school, schoolbestuur of hogeschool, dan wordt hij of zij verwezen naar de instroommakelaar van PON. Zij heeft een gesprek met de kandidaat zij-instromer en vertelt wat deze kan verwachten. Is er dan nog steeds interesse, dan volgt een oriëntatieperiode. De aspirant leerkracht loopt dan mee op één van de PON-scholen. Hij of zij krijgt zo de mogelijkheid om een baan in het onderwijs te ‘doorleven’ en zich goed te oriënteren op het beroep leerkracht. Dit helpt om daarna gerichter een keuze te maken voor een carrière binnen of buiten het onderwijs en de route te ontdekken die het best bij de kandidaat zij-instromer past. Is de motivatie er na de oriëntatie nog steeds en voelt de zij-instroom in beroep-route als passend, dan wordt de kandidaat gekoppeld aan een PON-schoolbestuur. PON heeft twee schoolopleiders aangesteld die hen gedurende het gehele traject vanaf de oriëntatieperiode begeleiden.

Begeleiding voortraject vaak onvoldoende
“Uit onderzoek blijkt dat dit voortraject voor kandidaat zij-instromers in Nederland vaak niet (goed) geregeld is”, legt instroommakelaar Marion van Esch uit. “Ze moeten alles zelf uitzoeken en een school regelen waar ze als zij-instromer kunnen starten. De ervaring van veel kandidaat zij-instromers is, dat ze geen duidelijk aanspreekpunt hebben en van het kastje naar de muur worden gestuurd. Hierdoor haken veel potentieel goede leerkrachten voortijdig af. Met een goede voorlichting en begeleiding kunnen we dit voorkomen.”

Gemotiveerde zij-instromers
Als de kandidaat zij-instromer het verplichte geschiktheidsassessment heeft behaald, kan hij of zij starten bij één van de bij PON aangesloten scholen. “15 opleidingsplekken worden door PON financieel ondersteund voor in totaal € 250.000”, vertelt Fred. “Diverse PON-scholen hebben een opleidingsplek beschikbaar gesteld. Door het intensieve voortraject weten deze scholen dat ze zij-instromers binnenkrijgen die weten waar ze aan beginnen en die gemotiveerd zijn om als zij-instromer aan de slag te gaan.”

Eerste 6 maanden bovenformatief (dubbele bezetting)
Als de zij-instromers starten op een school, staan ze de eerste 6 maanden nog niet zelfstandig voor de klas. Ze zijn bovenformatief aangesteld en er is een leerkracht en een schoolopleider of starterscoach beschikbaar die hen gedurende die tijd begeleidt. “De langdurige bovenformatieve aanstelling en de gerichte begeleiding door ervaren professionals vanaf de start van de oriëntatiefase is echt uniek aan onze aanpak”, vertelt Fred. “Bij de pilot starten steeds meerdere zij-instromers tegelijk. Zij komen in een virtuele klas. De zij-instromers hebben dus contact met elkaar en kunnen onder professionele begeleiding van de schoolopleiders sparren en ervaringen delen. Deze hele aanpak zorgt voor een ‘zachte landing’. Daarnaast ontzorgt de instroommakelaar de schoolbesturen. Wij denken dat dit de uitval van zij-instromers en dus ook het risico voor de scholen die de zij-instromers opleiden aanzienlijk zal verminderen.”

Kostendekking
Een belangrijk punt bij deze aanpak zijn natuurlijk de kosten. “De begeleiding van het voortraject, de dubbele bezetting van de eerste 6 maanden en de extra begeleiding door ervaren professionals worden het eerste jaar door PON betaald”, legt Fred uit. “Hierdoor wordt in beeld gebracht wat de kosten gemiddeld voor een bestuur zijn. De subsidie vanuit het rijk gaat direct naar het bestuur dat een zij-instromer aanneemt. Daarnaast biedt de Onderwijsregio Oost-Nederland een financiële tegemoetkoming in assessmentkosten en begeleiding. De extra kosten voor het bestuur voor het eerste jaar worden gefinancierd uit de reserves van PON. Natuurlijk heeft de school die de zij-instromer opneemt ook kosten. Denk aan de begeleiding op school. Hier tegenover staat dat er extra personeel in de school is. Iemand van buitenaf levert nieuwe inzichten op en de scholen dragen een steentje bij aan het lerarentekort.”   

Positieve eerste resultaten
De pilot is inmiddels in volle gang. Op 1 augustus vorig jaar zijn 3 zij-instromers begonnen bij PON-scholen. In februari en augustus 2025 starten weer nieuwe zij-instromers. De eerste ervaringen met de pilot laten mooie resultaten, maar ook leerpunten zien. “Het was mooi om te zien dat alle bij PON aangesloten besturen achter deze pilot staan”, legt Fred uit. “Ze werken en denken actief met ons mee. Ook weten de hogescholen ons al goed te vinden. We werken nauw met hen samen. Zij verwijzen kandidaat zij-instromers automatisch door naar de instroommakelaar en er vindt veel onderling overleg plaats over mogelijkheden en ontwikkelingen. Ook werken we samen met het regionaal assessmentbureau.” “Daarnaast doen we met deze pilot waardevolle kennis, ervaring en inzichten op”, vult Marion aan. “Bijvoorbeeld over wat een zij-instromer nodig heeft om de stap naar het onderwijs te maken en om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Ook weten we straks goed wat besturen en scholen nodig hebben om meer open te staan voor het opnemen van zij-instromers.”

Leerpunten
“Van deze pilot hebben we geleerd, dat een goede communicatie met de schoolleiders, de besturen en human resources-afdelingen van de besturen heel belangrijk is. Zij moeten heel goed weten wat er van hen verwacht wordt, wat de risico’s zijn en hoe de arbeidsvoorwaarden in elkaar zitten. Daarnaast hebben we gemerkt dat het oriëntatietraject tot en met het geschiktheidsassessment meer tijd kost dan we hadden ingeschat. Daarom hebben we besloten de pilot te verlengen van 1 jaar naar 1,5 jaar.”

Monitoren en evalueren
De pilot wordt gemonitord en geëvalueerd. “Deze pilot moet ons inzicht geven in de kosten voor de besturen, het voorkomen van uitval van de zij-instromers en de voor- en nadelen van een collectieve aanpak”, legt Fred uit. “Daarnaast moet het incentives opleveren over hoe we besturen kunnen stimuleren om zij-instromers te benoemen”.

Alle randvoorwaarden zijn aanwezig
“Toen we zij-instromers gingen werven voor deze pilot, merkten we dat het aanbod van geïnteresseerden enorm was. Wij denken dat we met ons plan alle randvoorwaarden hebben gecreëerd om geschikte zij-instromers aan boord te krijgen en te houden en zo het lerarentekort op een duurzame manier aan te pakken. De (kandidaat) zij-instromers krijgen een zachte landing door een goede begeleiding en eenduidige informatie over de route die ze gaan afleggen. De scholen en schoolbesturen worden deels ontzorgd, goed begeleid en samen delen we de (financiële) risico’s.”

PON heeft al vaker succesvolle initiatieven ontwikkeld om het lerarentekort aan te pakken”, besluit Fred. “En steeds weer komen we tot de conclusie dat samenwerking tussen schoolbesturen écht loont!”


< overzicht nieuws